Wanneer je een scriptie schrijft voor je studie dan moet je ongetwijfeld de validiteit van je onderzoeksinstrument beschrijven en daar op reflecteren. Maar wat is validiteit, wat heb je er aan, en wat zijn dan voorbeelden van een valide onderzoek?
Definitie
Een valide onderzoek is vrij van systematische fouten. Dat wil zeggen dat je een onderzoeksinstrument hebt gebruikt die meet wat het zou moeten meten. In de onderzoeksliteratuur zijn er verschillende vormen van validiteit zoals: interne validiteit, externe validiteit en begripsvaliditeit. Een onderzoeksinstrument kan van alles zijn, zoals een vragenlijst (survey), de manier van observeren, maar ook een weegschaal of een meetlint.
Wat heb je er aan
Je doet een onderzoek om een antwoord te krijgen op een vraag. Daardoor behaal je het onderzoeksdoel. Maar als je niet het juiste onderzoeksinstrument gebruikt, dan kan je geen antwoord geven op de vraag. Met andere woorden, de onderzoeksresultaten gaan niet in op de vraag.
Voorbeelden
Hieronder staan een paar voorbeelden die validiteit verduidelijken.
Het meten van gewicht
Een simpel voorbeeld is een onderzoek waarbij je inzicht wilt in het gewicht van een bepaalde populatie. Je zal moeten zorgen dat de steekproef die je neemt, en hoe je de steekproeftrekking houdt, resulteert in een goede afspiegeling van de populatie. Je hebt het dan over externe validiteit, ook wel populatievaliditeit. Maar je moet er ook zeker van zijn dat de weegschaal het juiste gewicht aangeeft. Een weegschaal die altijd een kilo te weinig aangeeft is een niet valide meetinstrument.
Het meten van medewerkersmotivatie
Een ander voorbeeld is het meten van motivatie onder medewerkers door middel van een vragenlijst. De vragenlijst moet de juiste vragen bevatten. Je moet het begrip motivatie operationaliseren. Dat betekent dat je het begrip motivatie meetbaar moet maken. Het is namelijk een abstract begrip waar iedereen net iets anders onder kan verstaan. Ook is het een multi-dimensionaal begrip. Je kan het namelijk niet meten in een grootheid, zoals kilogram, Euro’s of meters. In de literatuur kan je achterhalen wat het begrip betekent. Daarbij begin je met de definitie. Vervolgens ga je na wat er in de literatuur onder motivatie wordt verstaan. Dus wat de verschillende onderdelen zijn van het begrip. Dit operationaliseren zal uitmonden in een lijst met onderwerpen (topics) waar je een vraag over kan stellen. Overigens, er zijn gevalideerde vragenlijsten waarvan je zeker weet dat die het begrip meten. Gevalideerde vragenlijsten zijn door andere onderzoekers ontworpen en getest.
Observeren van winkelgedrag
Ook wanneer je observatie als meetinstrument wilt inzetten moet je zorg dragen voor validiteit. Met een observatie zal je het gedrag willen meten. Dus als je het winkelgedrag wilt meten, dan zal je vooraf willen bepalen uit welke onderdelen het winkelgedrag bestaat. Daarbij kan je denken aan de route die men loopt in een winkel, de producten die men koopt en waar men in de schappen kijkt.
Triangulatie
Als je meerdere methoden gebruikt, dan versterkt dit de validiteit. Dit wordt triangulatie genoemd. Je zou bijvoorbeeld door middel van een vragenlijst de motivatie kunnen meten van medewerkers. Als je vervolgens ook nog observaties uitvoert dan krijg je vanuit meerdere methoden een indruk van de motivatie. Immers, op vragen kunnen mensen sociaal wenselijke antwoorden geven. Maar als je de antwoorden van de vragenlijst naast de uitkomsten van de observatie legt, dan ben je er meer zeker van dat je antwoord kan geven op de vraag.
Als laatste
Hierbij nog een video van Docent Onderzoek waarin ingegaan wordt op interne validiteit.
Mocht je nog vragen hebben naar aanleiding van de valideit van jouw onderzoek, laat het mij weten. Neem gerust even contact op.